Om te bepalen of er fundatieherstel nodig is voor een gebouw, starten we met een quickscan. Tijdens deze quickscan stellen we vast of er verzakkingen zijn. Als die er zijn, gaan we eerst de woning meten. We meten de verdraaiing van de gevel en classificeren deze. Deze classificatie varieert van nihil tot zeer ernstig.
Bij een ernstige classificatie maken we een plan van aanpak. Hierin bepalen we welk fundatieherstel nodig is. Dit doen we dus voordat we gaan uitvoeren.
Als de classificatie niet ernstig is, beginnen we met het monitoren van het gebouw. We houden in de gaten wat er gebeurt. Dit monitoren doen we zowel fysiek als digitaal. Bij digitale monitoring plaatsen we een meetinstrument op de gevel, dat we op afstand uitlezen. Als een bepaalde classificatie wordt overschreden, gaan we over tot uitvoering.
Bij de uitvoering worden er (schroef)palen direct naast de gevel geplaatst. Ze worden gekoppeld aan de bestaande fundering. Dit doen we in samenwerking met een partner. Als het nodig is voeren we ook klein herstel aan het gevelmetserwerk uit, wat wordt meegenomen in het volledige plan voor fundatieherstel. Met als doel? Een stabiel en duurzaam gebouw.